Vaassen                 
                       20 oktober 2012  
       
Het was een fijne wandeltocht. Niet zo warm als voorspeld
door Gerrit Hiemstra, die had het zelfs over korte broekenweer,
maar toch al snel wel lekker met korte mouwen, al kwam de zon
maar heel even om de hoek kijken.Bij die startplaats waren we
eerder geweest, die oude houten indiaan kwam mij althans erg
bekend voor. Bij het binnentreden van het lokaal begon een ezel
buiten, hard te balken om aandacht.
De 15 km lopers splitsten zich in, direct-weg-wandelaars
en koffiegenieters, maar bij de volgende rust kwamen we
elkaar toch weer tegen. Er was veel bekijks onderweg,
opvallend waren de vele Vliegenzwammen. (die rood met witte stippen).
Hertenzwam (die rare bruine bollen) en Trechterzwam kwamen
we ook tegen. Bep heeft voor mij de namen thuis opgezocht.
Ja huiswerk hoort er zo af en toe ook bij. Onderweg was ook
huisvlijt te koop. Men had nestkastjes en vogelvoerhokjes
gemaakt en aan de weg gezet. De pindakaaspot op een plankje
had veel aftrek. We kwamen verscheidene leden tegen die er
de hele weg mee rondzeulden. In het bos was het even verwarrend
toen er oranje pijlen bijkwamen. Later werd het ons duidelijker
gemaakt bij een verkeersbord van “wielerclub Houdt de ketting
strak”, met de mededeling deze te laten hangen. Logeren kon
je er ook in de omgeving. Bij Bed en Stal onder andere.
Waar zelfs de varkens lekker vrij in de modder aan het
wroeten waren. Maar ook bij een deftige Bed en Breakfast
met een prachtige vrijstaande rode Beuk en, naar ik dacht,
een overdekt zwembad. De eigenaresse kwam direct een praatje
maken toen we er stilstonden. Zij dacht dat ik een grapje
maakte toen ik erom vroeg. Het gebouw, met verlaagde zitkuil,
was bedoeld om heerlijk in te ontbijten en lunchen.
Verderop had ze appartementen met wel plaats voor 14 mensen.
Als iemand interesse heeft: www.mollenvlied.nl Ze overhandigde
me ook vol trots een ansichtkaart met het logement erop.
Intussen was ik wel mijn medewandelaars uit het oog verloren
dus dat werd aanpoten.
Na de bossen van het Loo kwamen we weer in de bewoonde wereld.
Vlak voor de finish, bij het kieken van een wit landhuis
met de naam “Moshutte” werd ik prompt weer aan de praat gehouden
. Een heer stoof direct zijn huis uit om te vragen waar deze tocht
van was. Zodoende kon ik hem wederom vragen hoe het huis aan deze
benaming kwam. De naam bestond al toen hij hier was komen wonen
vertelde hij, er stonden indertijd hier plaggenhutjes met mos bedekt,
vandaar dus. Nog netjes op tijd bereikte ik het einddoel.
Het ging nog bijna mis toen we schuin links moesten,
maar gelukkig zag ik in de verte nog wat bekenden de goede
kant uitgaan. Er viel nog heel wat meer te vertellen maar
dan wordt het langdradig.